Skip to content

Een corona-tijden-blog: wordt het een wereld waar iedereen mee kan?


Tervuren, mei 2020


Voorafgaand: de reis naar Engeland

Ik had niet verwacht dat de Corona maatregelen mij zo zwaar zouden treffen. In januari ben ik samen met onze jongste dochter (toch al 22 jaar!) naar Engeland gegaan om familie en vrienden te bezoeken. Mijn dochter is meter geworden van de dochter van een hele goede familievriend. Het is al haar tweede kind. Ik volg hen wel op facebook, maar mijn beroerte is tussengekomen en begin januari had ik nog altijd geen van beide kinderen gezien. Vandaar de reis. We planden en boekten alles samen, en op een koude winterochtend namen we de tram in Tervuren, richting Brussel, Zuidstation en Eurostar. Het was niet de eerste keer dat ik met Nino naar het buitenland was gegaan, maar wel de eerste keer zonder vrouw en auto, als voetpassagier.

Terug in België

Tijdens onze reis heb ik veel zelf moeten doen, ook veel beslissingen kunnen een moeten nemen, en ik voelde mij er goed bij. Het was voor mij ook wel een beetje bedoeld als een viering van mijn vooruitgang van de voorbije twee jaren – een dankbare erkenning van de overgang naar wat meer onafhankelijkheid.
De eerste week van februari keerde ik terug naar België vermoeid, maar toch heel tevreden. Er waren al geruchten op televisie over een virus die zich in China zou verspreiden, maar dat leek toen heel ver weg. Ik gooide mij terug in het alledaagse leven: enkele keren in de week met tram en metro naar het kantoor van Oasis in Brussel; een regelmatige afspraak met vroegere collega’s; repetities met People’s Cap; wandelingen met Nino in het bos of het park met liefst een tas koffie in het café op de terugweg; af en toe een winkel binnen springen; met de bus naar Leuven, en één keer vrienden bezoeken met de trein in Gent. Allemaal dingen die zo vanzelfsprekend waren geworden dat ik er haast niet meer over nadacht.

Achteraf bekeken ben ik erg tevreden met mezelf dat ik dat allemaal heb kunnen leren doen op zo’n relatief korte tijd met de beperkingen die ik nu heb. Zeker in vergelijking met wat ik tijdens de eerste dagen na de beroerte kon is het verschil verbluffend. Zelfs op het moment van mijn ontslag uit het ziekenhuis was ik lang niet zeker of een nuttig leven nog mogelijk was. Zowat alles op vlak van mobiliteit heb ik achteraf moeten leren, soms letterlijk met vallen en opstaan! Ik heb veel te danken aan de mensen die in mij geloofden en die mij de nodige inzichten en bekwaamheden hebben bijgebracht.

Social-distancing?

Tijdens de eerste weken van maart werd het stilaan duidelijk dat het virus, dat zo ver weg leek, razendsnel dichterbij kwam. Je hoorde overal sprake van lockdown en quarantaine. Dan leerden we een nieuwe uitdrukking, die uit het Engels kwam: ‘social distancing’. Om niet besmet te worden en om het virus onder controle te houden, was het belangrijk dat mensen op een gepaste afstand van elkaar zouden blijven. Vanzelfsprekend, toch? Alleen begonnen voor mij nu al bellen te rinkelen. Hoe zou dat gaan als je geen afstanden kan inschatten?

Lockdown

Vanaf het moment dat de lockdown van kracht werd, was het duidelijk dat ik buitenshuis voorlopig niets meer te zoeken had, en dat blijft grotendeels nog steeds het geval. Iedereen heeft daar wel last van gehad, maar voor iemand als ik uit de risicogroep was het nog dubbel zo belangrijk om jezelf goed te isoleren. Stilaan hoorden we van de eerste besmettingen, en die werden snel gevolgd door de eerste sterfgevallen. Zowat de enige nieuwsberichten die we op televisie kregen te zien gingen over het virus. Al snel volgden dagelijkse berichten over het aantal ziekenhuisopnames en sterfgevallen. Dat zijn dingen die we nooit gedacht hadden om te moeten meemaken. Voor de leden van een hoogontwikkeld samenleving als de onze was het ondenkbare nu op een waanzinnige tempo realiteit geworden. Toen hoorde ik van kennissen die in de intensieve zorg waren beland met het virus. Alles kwam akelig dichtbij.

Ik blijf natuurlijk niet helemaal opgesloten. Ik heb een geleidehond, en hij heeft ook noden waaraan moeten worden voldaan – genoeg activiteit, veel beweging, regelmatige wandelingen en blijven werken zodat hij zijn vak niet vergeet. Maar we zijn met vier volwassenen thuis, en iedereen wil wel een keer met de hond ontsnappen. Voldoende geleidewerk krijgt hij eigenlijk niet te doen. Voor mij is oefenen met Nino ook niet meer zo vanzelfsprekend. Hij is heel slim en doet enorm veel voor mij, maar van ‘social distancing’ heeft hij nooit gehoord. Als een tegenligger ons op de stoep kruist, heb ik geen idee van de afstand tussen ons. Ben ik te dichtbij? Heb ik een iets te grote risico genomen? Dit zijn vragen waar ik onmogelijk een antwoord op kan geven. Vaak weet ik niet eens of er andere mensen in de buurt zijn als wij onderweg zijn.

Het bospad

Thuis weet iedereen natuurlijk dat ik niet in staat ben om aan social distancing te doen. En dan willen ze, wanneer ik naar het centrum van Tervuren ga, dat er iemand mee gaat om te zorgen dat ik voldoende afstand kan houden. En het bospad dat op vijftig meter van ons deur begint is voor de eerste twee kilometers nog geen meter breed. Nino een ik moeten achter elkaar stappen voor het eerste stukje en als er iemand uit de andere richting komt heb ik het altijd moeilijk, zelfs wanneer we niet aan social distancing moeten doen.

Dat paadje is te smal om Nino in harnas mee te nemen. Dus neem ik hem mee aan de leiband, wat voor hem ook een beetje vrije tijd is. Hij let nog altijd wel op mij, maar niet op dezelfde manier als wanneer hij in harnas werkt. En als iemand ons wil kruisen op het pad zie ik ze niet op tijd, en ook zij weten niet dat ik een blinde ben en Nino mijn geleidehond. Normaal is dat geen drama, maar nu is het dat ineens wel geworden. Ik heb daar nog altijd geen echte oplossing voor gevonden, en dus wat normaal gezien een veilige vluchtweg voor mij is, weg van het verkeer, is dat nu niet meer.

Versoepelingen

Als ik dit schrijf zijn de eerste versoepelingen begonnen van de lockdown. De meeste winkels zijn vanaf deze week terug open, en het gewone leven komt stukje bij beetje terug. Daar zijn nieuwe regels voor natuurlijk, en die zijn hoognodig als wij geen dodelijke slachtoffers meer willen zien. Maar de regels zijn voor mij onmogelijk te volgen.
Vandaag ga ik bijvoorbeeld, samen met mijn vrouw, naar de supermarkt met de auto. Nino is mee in harnas. Er is een goed geregelde rij om de winkel binnen te gaan, met iedereen op een gepaste en gezonde afstand. Mijn vrouw brengt ons naar het begin van de rij en elke keer dat de rij vooruitschuift brengt zij mij bij de arm naar de volgende plaats. Blijkbaar zijn er nu markeringen aangebracht met tape, die laten zien waar je moet staan. Vanwege de stress en de drukte zie ik die niet, en Nino weet die natuurlijk niet de zoeken. Ik voel me al als een vis op het droge, maar wanneer we binnengaan voel ik me pas helemaal bevreemd.

In de supermarkt

Deze supermarkt ken ik op mijn duimpje, al is dat niet zo vanzelfsprekend. Voor mij zijn supermarkten één van de moeilijkste omgevingen die ik ken. Zoveel kleuren en vormen overal waar je kijkt; zoveel mensen en winkelkarretjes in beweging; niets is voor mij voorspelbaar een heel weinig is direct herkenbaar. In het begin vond ik het ronduit beangstigend. Eigenlijk is dat niet veranderd, maar ik heb er ondertussen geleerd om beter mee om te gaan.

Ik ben nog niet in mijn eentje naar deze winkel geweest om boodschappen te doen –dat blijft helaas nog altijd buiten mijn bereik. Maar ik ga soms wel samen met mijn vrouw, tenminste als ze tijd genoeg heeft, want als ik mee ben duurt het altijd langer. Ik weet alles te vinden wat ik normaal zou kopen. Ik weet hoe ik van de bakkerij via de fruit en groenten naar de kaas en het vlees moet gaan. Ik weet koffie, thee, havermout, melk, confituur, chocolade, suiker, olijfolie en, uiteraard, bier te vinden. En nog veel meer!

De komst van Nino maakte het allemaal wat makkelijker. Hij zorgt dat we overal tussen kunnen, en zo hoef ik niet meer bang te zijn om tegen anderen te botsen. Het heeft veel zweet en energie gekost om dat allemaal te leren, om niets te zeggen over de inbreng van mijn mobiliteitstrainers.

Verloren

Maar vandaag weet ik de weg ineens helemaal niet meer. Alles ligt op dezelfde plaats. Dat vermoed ik tenminste, maar ik weet het niet zeker. Er is nu een eenrichtingsverkeerssysteem aangebracht. Dat wordt opnieuw weergegeven met tape op de vloer. Tot mijn grote ontzetting mag ik mijn gewoonlijk traject deze keer niet volgen. Misschien ga ik in de foute richting en word ik met een tegenligger geconfronteerd.

Ik ga dan gedwee mee met mijn vrouw in het eenrichting systeem. Na twee keer een verrassende bocht te maken weet ik plotseling niet meer waar ik ben. Het is wel even slikken als ik besef dat ik hulpeloos verloren ben in deze vertrouwde omgeving.

Een wereld waarin ik terug mee kan?

Mijn reis naar Engeland – tram, bus, metro, trein, winkels, zelfstandigheid. Het is slechts van februari geleden, maar het lijkt nu allemaal zo ver weg. In een andere wereld. Een wereld waar ik terug een beetje mee kon. Krijg ik die wereld terug? Misschien wel, misschien niet. Maar het gaat niet voor morgen zijn, en het zal eigenlijk niet meer dezelfde wereld zijn. Nieuwe regels en sociale afspraken zullen er toch moeten komen, en ze zullen waarschijnlijk blijvend zijn. Ik hoop alleen maar dat er goed over nagedacht wordt; dat iedereen mee kan in die nieuwe wereld. Één ding staat al vast: ik zal heel wat opnieuw moeten leren.

Published inBlindengeleidehondCVI - Cerebral Visual ImpairmentNAH - Niet Aangeboren HersenletselThuis in TervurenVanuit de revalidatie

Be First to Comment

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Accessibility Toolbar